In Lammerinkswönner terug naar het verleden met Hennik & Dika

Hennik en Dika nemen groepen 6, 7 en 8 van de basisscholen in Enschede mee op een tijdreis naar het Twentse boerenleven van 150 jaar geleden. Niet alleen om te zien hoe het leven er toen uitzag, maar ook om te zien wat we daarvan kunnen leren op het gebied van duurzaamheid. De boer haalde producten van dichtbij, maakte veel zelf en hergebruikte bijna alles. Natuurlijk zijn er dingen die we nu heel graag anders doen, want het was hard werken, in de winter is het toch best koud en erg comfortabel is het misschien ook niet.

Het Lammerinkswönner wordt helemaal ingericht zoals het er 150 jaar geleden zou hebben uitgezien, of nou ja niet helemaal, want we willen toch ook graag dat alle kinderen op een strobaal kunnen zitten en misschien is de houtkachel ook iets nieuwer uit veiligheidsoverwegingen, maar toch proef je de sfeer van een Twents Los hoes. Er staan schapen en geiten op stal, de houtkachel staat aan, het weefgetouw is opgespannen en de olielamp brandt boven de tafel.

Hoe ziet zo’n ochtend er nu uit?

Ruim een half uur voordat de klas komt, komen jullie alvast naar het Lammerinkswönner voor de nodige voorbereidingen. Omkleden, spullen klaarzetten en onder het genot van een kopje koffie/thee nog even kort bijpraten en de taken verdelen.

De klas komt om 9 uur. Jullie staan buiten klaar, één van jullie verteld kort wat de klas die ochtend komt doen, jullie nemen de klas mee naar binnen en daar volgt een korte introductie op het Twentse boerenleven.

De klas wordt door de leerkracht netjes opgedeeld in zoveel groepjes als dat er Hennik en Dika’s zijn. Ieder van jullie neemt een groepje mee naar een van de zes activiteiten: weven, een Twents gerecht bereiden, hout zagen, water dragen en oud-hollandse spelletjes spelen, een rondje om de boerderij en vlas. Daarna rouleren de groepjes en krijg je als Hennik en Dika steeds andere kinderen, waar je dezelfde activiteit mee doet. Aan het einde volgt een korte afsluiting en gaan de kinderen weer naar huis.

Hoe koppel je dat nou aan duurzaamheid?

De leerkracht krijgt voordat ze meedoen aan deze excursie de opdracht om een voorbereidende les te doen, een onderdeel daarvan is het toen en nu spel. Daarin staan bijvoorbeeld een goudrenet uit eigen omgeving tegenover een granny smith appel uit Nieuw-Zeeland. De leerkracht gaat met de leerlingen in gesprek over verschillen en overeenkomsten en wat we daarvan mee kunnen nemen in het hier en nu.

Wat ze in de klas al besproken hebben, zien ze nu in de praktijk. Bij het Lammerinkswönner staan appel en perenbomen, een moestuin en kruidentuin, die jullie laten zien tijdens het rondje om de boerderij. Maar er staat ook een kast met weckpotten, waar men vroeger veel groente en fruit in bewaarde om buiten het seizoen toch te kunnen genieten van alles wat wij nu het hele jaar door in de supermarkt kunnen kopen. Tijdens het bakken van het Twentse gerecht laat je weten dat bijna alle ingrediënten uit eigen omgeving komen, zo komen de eieren bijvoorbeeld van de kippen bij de buren.

Zo is er bij ieder onderdeel wel iets te vertellen over bewuste keuzes die je kunt maken. Keuzes die iedereen kan maken, omdat er geen dure investeringen nodig zijn en ingewikkeld is het al helemaal niet.